Taraxacum officinale
De Paardenbloem, oftewel de Taraxacum officinale komt oorspronkelijk voor in Afrika, Azië en Europa. Door menselijke invloed is de plant nu verspreid over veel andere delen van de wereld.
Door de meeste mensen wordt de Paardenbloem vaak gezien als onkruid, maar het is eigenlijk een zeer waardevol kruid. De plant heeft tal van gezondheidsvoordelen en wordt al eeuwenlang in de traditionele geneeskunde gebruikt.


Gebruikte delen
-
De wortel, het blad, de bloem (in knop) en de pluizen.
Oogsttijd
- Wortel: geoogst in het najaar of vroeg voorjaar.
- Het blad: bij voorkeur het jonge blad, geoogst in het voorjaar.
- De bloem: geplukt in de knop.
- De pluizen; zodra de bloem is uitgebloeid, of de bloeiende bloem plukken en drogen, deze schiet dan vanzelf in pluis.
Toepassingen
Inwendig gebruik:
Wortel als thee (3x daags 1 kop):
Stimuleert de galfunctie en de leverwerking en daarmee o.a. inzetbaar bij:
- Slecht vetvertering
- Reinigingskuur bij vermoedheid
- Bij slechte weerstand
- Bij vermoeide en zwakke ogen
- Onrustige huid
- Een kater
Bloem als thee (3x daags 1 kop):
- (Voorjaars) vermoeidheid
- Neerslachtigheid
Uitwendig gebruik:
- Het witte melksap uit de stengel helpt bij wratten.
- Lotion, gemaakt van een sterke thee van de bloemen om de huid te reinigen.
- Oogbad, gemaakt van de thee van de bladeren bij vermoeide of geïrriteerde ogen.
